Vanaf 4 september 1939 begonnen Belgische militairen met de aanleg van een reservevliegveld op het grondgebied van Grimbergen. Achtenvijftig hectaren vruchtbare landbouwgrond, gelegen tussen de Oyenbrugstraat en de Lintkasteelstraat werden gedraineerd, genivelleerd en met gras bezaaid.
In de meidagen van 1940 maakten enkele Belgische eskadrilles gebruik van het vliegveld. Hun Fairey Fox en Fiat CR.42 bleken allerminst opgewassen tegen de Duitse Luftwaffe. Op 18 mei was het veld al in handen gevallen van de bezetter. Twee maanden later begon de Duitse "Bauleitung" met de uitbreiding van het vliegveld. In zijn kantoor aan het tramstation van Grimbergen, tekende burgerlijk ingenieur Hunzinger de plannen voor de "Fliegerhorst Grimbergen." Alsmaar meer terreinen werden in beslag genomen en landbouwers werden opgevorderd voor de grondwerken. Wegen werden aangelegd of verbeterd (Oyenbrugstraat, Gasthuispachthofstraat, ...), in flaktorens en barakken zaten de soldaten van de vliegveldverdediging. Het veld werd aangepast om de goed uitgeruste Luftwaffe te kunnen ontvangen. Een Belgische aannemer werd zelfs verplicht om in drie jaar een modern waterleidingnet op het vliegveld te installeren.
Het zouden vooral de "Wekusta 26" en het "Jagdgeschwader 26" zijn die Grimbergen een tijdlang als thuisbasis gebruikten. De eerste eenheid maakte foto's en waarnemingen van de weersgesteldheid boven Groot-Brittannië. Deze gegevens werden doorgestuurd naar het hoofdkwartier van de Luftwaffe in het Brusselse Palacehotel. JG26 was een elite eenheid, uitgerust met Focke Wulf Fw190.
Op 10 april 1944 werden een aantal huizen in de buurt van het vliegveld beschadigd door brandbommen, er vielen drie doden.
Op 6 juni 1944 landden de geallieerden in Normandië, op 3 september 1944 werd Grimbergen bevrijd. Drie dagen later kwam een voorhoede van de 122 Wing op Grimbergen aan (RAF-vliegveldcode B-60). Drie squadrons van de 122 Wing kregen de taak om met hun Mustangs de bevoorrading en de terugtocht van de Duitse troepen te bemoeilijken. Ook de operaties te Arnhem werden vanop Grimbergen gesteund, tientallen C-47's stonden hier gestationeerd. Op 28 september 1944 namen drie Tempest squadrons (Nieuw-Zeelanders) de plaats in van de Mustangs. Van 6 oktober tot 22 december stond de 132 "Noorse" Wing op Grimbergen, dit keer met Spitfires. Vele piloten werden opgevangen door Grimbergse gezinnen, na vijftig jaar spreken deze piloten nog vol eerbied over de gastvrijheid van de plaatselijke bewoners. Ze konden genieten van warme huiskamers, hun klamme tenten werden hier zelden gebruikt.
Op 1 januari 1945 werd het vliegveld aangevallen door Duitse jachtvliegtuigen. Meerdere jagers werden neergehaald door het luchtafweer, één Focke Wulf Fw 190 kwam op een huis in de Schapenbaan terecht. Van januari 1945 tot april 1945 werd de 131 "Poolse" Wing op Grimbergen gebaseerd. Ook de Polen konden rekenen op de sympathie van de omwonenden. Vanaf mei 1945 werd het vliegveld gebruikt door de Amerikanen. Ze stockeerden hier legermateriaal (o.a. Shermantanks) alvorens het verkocht of teruggestuurd werd naar de Verenigde Staten.
Vanaf mei 1946 begonnen de militairen delen van het vliegveld terug te geven aan de burgerlijke autoriteiten. Die beslisten al vrij snel om van Grimbergen een belangrijk toerismevliegveld te maken, sportvliegtuigen moesten dan minder gebruik maken van de nieuwe nationale luchthaven van Melsbroek. Reeds in 1946 konden de eerste zweef- en sportvliegtuigen landen op Grimbergen. In november 1947 werden twee unieke, ronde loodsen officieel ingewijd door verkeersminister Achille Van Acker. De ronde, betonnen constructies zijn nog altijd een unicum in de Belgische architektuur. Ter gelegenheid van de Open Monumentendag werden ze op 12 september 1999 en 8 september 2002 voor het groot publiek opengesteld.
In het kader van de staatshervorming werd het vliegveld op 17 januari 1989 overgedragen van de Regie der Luchtwegen naar de Vlaamse Gemeenschap. Momenteel zorgt de vzw Recreatief Vliegveld Grimbergen, dank zij heel wat vrijwilligerswerk, voor een financieel rendabele exploitatie van het vliegveld.
Frans Van Humbeek
Foto's en getuigenisen over het vliegveld van Grimbergen en over de geschiedenis van de Nationale Luchthaven (Haren/Evere-Melsbroek-Zaventem) zijn erg welkom bij Frans VAN HUMBEEK, Kruipstraat 36, 1850 Grimbergen (Tel : 02/269 96 65) of via email naar frans.van.humbeek@pandora.be